Veranderingen dit schooljaar en een OZA opzetten
Het onderwijs staat nooit stil. Elke dag zijn er weer nieuwe ontwikkelingen waar jij als onderwijsprofessional van op de hoogte wilt blijven. In de rubriek Onderwijsnieuws lichten we er twee uit. Zo blijf jij altijd up-to-date!
_w912.png)
3 wijzigingen dit schooljaar
Voor het nieuwe schooljaar maakte de PO-Raad een overzicht met de regels en wetten die dit jaar gaan gelden. Wij hebben de belangrijkste drie voor je op een rijtje gezet.
Governancecode
Al vorig schooljaar, op 25 juni, ging de nieuwe governancecode funderend onderwijs in. Deze verving de Code Goed Bestuur PO. De code bevat vijf principes: verantwoordelijkheid, verbinding, lerend vermogen, integriteit en openheid. Een schoolbestuur of toezichthouders moeten kunnen aantonen hoe zij deze principes toepassen. Daarbovenop zijn er nieuwe lidmaatschapsvoorwaarden vastgesteld. Hier zijn regels in opgenomen over regionale samenwerking, nevenfuncties en belangenverstrengeling.
Wet versterking positie ouders en leerlingen
Vanaf 1 augustus geldt de wet ‘Versterking positie ouders en leerlingen’. Deze wet dient de rol van ouder en kind in het passend onderwijs te versterken. Zo moet informatie over ondersteuning toegankelijker zijn voor ouders en leerlingen en hebben ze meer recht op inspraak. Ook zijn schoolbesturen verplicht om beslissingen over het ontwikkelperspectief te onderbouwen aan de leerling. In de schoolgids moet tot slot basis- en extra ondersteuning zijn opgenomen samen met het schoolondersteuningsprofiel (SOP).
Wetsvoorstel Wet vrij en veilig onderwijs
Dit wetsvoorstel, dat de overheid op 1 augustus 2026 wil laten ingaan, zou het veiligheidsbeleid op scholen moeten verbeteren. De wet houdt onder andere in dat de meld-, overleg- en aangifteplicht (MOA) bij vermoedens van seksuele intimidatie wordt aangescherpt en een extern vertrouwenspersoon wordt verplicht. Ook moeten schoolbesturen jaarlijks het veiligheidsplan evalueren. Dit moet de bescherming van leerlingen en studenten structureel versterken.
Alle veranderingen die de PO-Raad besloot uit te lichten, kun je hier teruglezen.
In 5 stappen een OZA op school
Wat is een OZA?
Een aantal scholen in Nederland hebben een onderwijs-zorgarrangement (OZA): dit is een nauwe samenwerking tussen onderwijs, zorg , jeugdhulp, ouders en leerlingen. Door deze samenwerking kunnen kinderen met extra ondersteuningsbehoeften optimaal worden begeleid. Zowel het regulier als het speciaal onderwijs kan gebruikmaken van een OZA voor groepen of individuen. Als school kan je onder andere programma’s opzetten voor faalangst, dyslexie of concentratieproblemen.
Hoe zet je een OZA op?
Om een OZA goed te organiseren formuleerde het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) vijf stappen die je als school niet moet vergeten. Deze vijf stappen luiden:
1. Ontwerpen
Het is belangrijk om te beginnen met een probleemanalyse, het beschrijven van de doelen en het vinden van de juiste zorgpartner. Hiernaast moet je een projectplan opstellen en wellicht een businesscase.
2. Bestuurlijke afspraken over bekostiging maken
Begin bij het in beeld brengen van de kosten. Vervolgens kies je een financierings- en bekostigingswijze. Zorg voor bestuurlijk draagvlak en leg bestuurlijke afspraken vast in bijvoorbeeld een convenant of werkafspraken.
3. Toekennen van een OZA
Er zijn verschillende routes voor het toekennen van een OZA aan een leerling. Belangrijk is om de juiste te kiezen voor jouw school en om bij het toekennen naar het hele kind te kijken. Een goede samenwerking met de ouders is hierbij onmisbaar.
4. Interprofessioneel samenwerken aan kwaliteit
Interprofessioneel samenwerken is de kern van een OZA. Hierbij is het gebruik van methodische bouwstenen en werkzame elementen cruciaal. Ook het reflectie- en verbeteringsproces moet je hiervoor versterken.
5. Monitoren, leren en verbeteren
Om een OZA succesvol te laten zijn, is het noodzakelijk om regelmatig te evalueren. Het is goed om in gesprek te blijven over de uitkomsten en een eventuele verbetering van de aanpak.
Meer informatie en hulpmiddelen kan je vinden op de website van het NJi.