Waarom is de startklas zo populair?
In Amsterdam is in twee jaar het aantal ‘startklassen’ meer dan verdubbeld, van zes naar veertien klassen. Dit zijn klassen voor kinderen die meer hulp nodig hebben voor ze de overgang maken naar groep 1. Waar komt deze populariteit vandaan en wat zegt dit over het huidige kleuteronderwijs?

Bij Scholenkoepel Zonova in Amsterdam-Zuidoost hebben ze meerdere startklassen waar leerlingen naartoe kunnen voordat ze naar groep 1 gaan. Sommige van deze kinderen spreken bijvoorbeeld nog niet goed genoeg Nederlands en bij andere is hun communicatie in het algemeen nog niet voldoende ontwikkeld. Deze kinderen hebben dus meer begeleiding nodig om mee te kunnen doen in een normale groepsetting. Deze begeleiding heeft de vorm van een ‘startklas’ aangenomen.
In Amsterdam-Noord, -West en -Nieuw-West zijn dit soort startklassen ook populair. Noortje Meijer van Thuis Orthopedagogen, die ook startklassen verzorgen, zegt over hun aanpak: "Bij ons gaat het gelijk op met de kleuterklas en krijgen de kinderen twee dagdelen per week begeleiding." De nadruk ligt bij hen op de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen.
Meijer stel dat de opvallende stijging te maken zou kunnen hebben met de vele veranderingen in de maatschappij. Volgens haar wordt er veel van kinderen gevraagd en is het niet onbegrijpelijk dat zij hierdoor meer aandacht nodig hebben. Opvallend is wel dat leerlingen in de startklassen allemaal geboren zijn in de coronatijd. "Dat betekent vaak meer isolement", zo stelt Dave Ensberg, bestuurder bij Scholenkoepel Zonova.
De startklas begon in Amsterdam-Noord, -Nieuw-West en -Zuidoost , maar enkele jaren later bevinden zich over heel de stad dit soort klassen. Volgens Meijer is deze trend nog niet aan zijn einde en zij vindt het ook een mooie ontwikkeling: "Het is mooi om te normaliseren dat er voor ieder kind andere begeleiding nodig is."
Lees hier meer over de populariteit van de startklas